Project AIRbezen: iedereen wetenschapper


Planten staan via hun bladeren rechtstreeks in contact met de omgevende buitenlucht en zullen gedurende het groeiseizoen bepaalde fracties van fijn stof (metaaldeeltjes) die aanwezig zijn in de lucht op hun bladeren accumuleren. Door die hoeveelheid in te schatten aan de hand van biomagnetische monitoring kunnen we daarom iets zeggen over de concentratie in de lucht. Planten kunnen hierdoor optreden als zogenaamde ‘biomonitor’ of ‘meetstation’ voor luchtverontreiniging. Voorgaande studies hebben reeds aangetoond dat dit signaal sterk correleert met zowel de verkeersintensiteit als de omgevingsconcentratie aan fijn stof.

De verkeersgebonden uitstoot bestaat namelijk uit een vaste ferromagnetische fractie (geoxideerde ijzervormen) die afkomstig zijn van de uitlaat emissies en door slijtage of corrosie van remmen en motor. Met het project AIRbezen willen we het concept van biomonitoring op grote schaal toepassen in Oost-Vlaanderen, waar momenteel de luchtkwaliteit maar door een beperkt aantal meetstations wordt geregistreerd. Om het nijpende tekort aan meetdata rond de ruimtelijke variatie in luchtkwaliteit op te vangen, proberen wij de ruimtelijke verspreiding veel gedetailleerder in kaart te brengen. Hierdoor zullen we de plekken met goede en slechte luchtkwaliteit kunnen onderscheiden.

Stacks Image 1215

De Campagne


Begin 2017 start de zoektocht naar kandidaat deelnemers voor het project AIRbezen. Kandidaten kunnen zich registreren op deze website. Indien er in een gemeente of stad meer kandidaten zijn dan te verdelen plantjes dan worden deze geselecteerd volgens locatie en geografische spreiding. We trachten een zo goed mogelijk beeld van een individuele gemeente of stad te verkrijgen door diverse meetlocaties te gebruiken (dorpskernen, woonwijken, drukke verkeersassen…) Deze classificatie van de meetlocaties zal het interpretatiewerk van de resultaten ook eenvoudiger maken.

Op zaterdag 25 maart 2017 worden de plantjes verdeeld. In elke gemeente zullen er één of meerdere verdeelpunten zijn. Tijdens het project ontvangen de deelnemers op geregelde tijdstippen een nieuwsbrief via e-mail.

Na ongeveer 3 maanden blootstelling plukken de deelnemers vijf samengestelde bladeren van de plant volgens de methode gedocumenteerd op de infoposter (een filmpje volgt op deze website). De bladeren worden voorzichtig geplukt aan de steel zonder het bladoppervlak aan te raken en verzameld in het bijgevoegde en gecodeerde bemonsteringsenvelop. Deze stalen worden verzameld op maandag 19 juni of dinsdag 20 juni aan een van onze inzamelpunten die we opstellen in de gemeente.

Naast het plukken van de bladeren wordt verzocht om een vragenlijst in te vullen. Op deze vragenlijst wordt info over de bemonsteringsplaats gevraagd: Adres, plaats (straat/tuin), hoogte, afstand tot de weg, aanwezigheid trein/tram. Deze informatie kan de onderzoekers helpen bij de interpretatie van de verkregen resultaten.

Stacks Image 1221

Analyse


De verzamelde bladeren worden vervolgens tijdens de maanden juli, augustus en september geanalyseerd aan het laboratorium van het Departement Bio-Ingenieurswetenschappen aan de Universiteit van Antwerpen. Per locatie worden de bladeren verdeeld in 3 groepen (herhalingen). Per herhaling wordt de bladoppervlakte opgemeten en worden ze met behulp van krimpfolie verpakt in kleine plastic potjes. Deze potjes worden eerst gemagnetiseerd met een magnetisch veld van 1 Tesla. Het monster wordt uit het magnetisch veld gehaald en vervolgens wordt de overblijvende magnetisatie opgemeten (Saturation Isothermal Remanent Magnetisation, SIRM). De waarde uitgedrukt als mA*m wordt vervolgens genormaliseerd naar bladoppervlakte (m²) en inhoud van de plastic potjes (10 cm³) waardoor we een uiteindelijke waarde krijgen, uitgedrukt als Ampère (A). Deze waarde is afhankelijk van de hoeveelheid magnetiseerbare partikels op het blad en kan dus beschouwd worden als een proxy voor de omgevende hoeveelheid aan magnetiseerbare partikels. De ruimtelijke verdeling van de resultaten wordt vervolgens vergeleken in een statistische analyse.

Feedback


In oktober-november 2017 worden de resultaten van de studie vooreerst voorgesteld aan de milieuambtenaren en milieuschepenen van de desbetreffende steden en gemeenten. Kort daarop volgt een persvoorstelling. Tot slot organiseren we nog vijf regionale info-avonden met de voorstelling van de resultaten door prof. Roeland Samson.
Bij de rapportering wordt rekening gehouden met het experimenteel karakter van de metingen en wordt ook de onzekerheid van de meting gedocumenteerd zodat geen onjuiste conclusies kunnen getrokken worden.


CONTACT
Stacks Image 565
project AIRbezen
Korenlei 20
9000 Gent
+32 9 269 96 69
contact@airbezen.be